Iedereen kan iemand helpen

Want Ik ben hongerig geweest en gij hebt Mij te eten gegeven; Ik ben dorstig geweest en gij hebt Mij te drinken gegeven... (Mattheüs 25: 35-36).

Op een dag toen ik in ons Kwanjana-dorp liep, kwam ik bij een jongedame van 29 jaar oud. Ze begon met me te praten en ze deelde iets van haar levensverhaal. Ik vroeg haar hoeveel kinderen ze heeft en ze antwoordde 4, de oudste is 13 jaar en hoopt dit jaar 14 te worden. Het gesprek ging verder... Ik wilde weten waar de man was die verantwoordelijk was voor alle kinderen. Ze antwoordde me met tranen in haar ogen dat hij haar had verlaten toen ze zwanger was van het laatst geboren kind, omdat hij het gezin niet goed kon helpen, en omdat hij zich daarvoor schaamde. Daarom dacht hij dat het beter was om hen te verlaten. Ik vroeg haar waarom ze zo snel was getrouwd. Ze legde uit dat haar ouders gestorven waren toen ze 3 jaar oud was en degene die voor haar zorgde, stierf toen ze ongeveer 10 jaar oud was. Daarom dacht ze aan een minnaar die, in haar gedachten, haar ouders zou vervangen, maar helaas gebeurde dit niet zoals ze gehoopt had. Met het sponsorprogramma van onze stichting kreeg haar laatst geboren kind de kans om aan dit programma deel te nemen. Nu heeft dit kind een sponsor die haar opleiding betaalt en ondersteunt met eten en kleding, om maar een paar dingen te noemen. Voor deze vrouw, met al haar gebrokenheid en zorgen, komt er weer hoop, omdat er een sponsor is en we niet weten hoever de Heere dit jonge meisje in de toekomst zal brengen. Er zijn enkele miljarden redenen om gehoor te geven aan Gods opdracht om iemand te helpen. Sommigen van hen wonen in jouw buurt, anderen wonen in jungles die je niet gemakkelijk kunt vinden en hebben namen die je niet kunt uitspreken. Niemand van ons kan iedereen helpen. Maar we kunnen allemaal iemand helpen en een levensverhaal voorgoed veranderen. En laten we altijd bedenken, dat als we hen helpen, we zo de Heere Jezus mogen dienen.